Disputaties zijn door studenten verdedigde stellingen gehouden vanaf de oprichting van de universiteit en zijn deels gedrukt. In deze bijdrage wordt uiteengezet wie dergelijk drukwerk produceerde, waar men zich aan moest houden en waarom dit een bijzondere collectie is
In dit artikel wordt de aandacht gericht op drie Utrechtse locaties die een prominente rol gespeeld hebben in het leven van de Utrechtse hoogleraar Voetius: zijn huisadres, zijn werkadres en zijn voornaamste preekplek waarbij tevens wordt ingegaan op de belangrijkste aspecten van zijn werk als hoogleraar en predikant te Utrecht
In het album studiosorum staan over de periode 1640-1739 325 schotse en britse namen, het promotie-album bevat namen van 140 Engelsen, die promoveerden in Utrecht in de 17e en 18e eeuw
Hoornbeeck trad in de sporen van Voetius en heeft het boek van Voetius 'Disputatie over de geestelijke verlating' uitgebreid met zijn eigen bevinden. Hij is hoogleraar geweest in Utrecht en Leiden en was een veelschrijver. Zijn hoofdwerk was de 'Samenvatting van de geschilpunten van de religie met de ongelovigen, ketters en kerkscheuders' (1653). Heidenen, joden, maar ook wederdopers en andere dwaalleraars komen uitvoerig in beeld in dat werk van ruim 900 pagina's. In dit boek mogen we daaruit enkele passages proeven. Ook van enkele andere van zijn geschriften zijn passages opgenomen in het oorspronkelijke zeventiende-eeuwse Nederlands. Maar Hoornbeeck was niet alleen hoogleraar, maar ook nog plaatselijk predikant met al het werk dat er in gemeente en kerkverband bij kwam kijken. In zijn Leidse tijd schreef hij over meer praktische onderwerpen als catechese, de sabbat en over het omgaan met de armen in kerk en maatschappij. Na de bespreking van leven en werk en een bloemlezing met toelichting sluit het boek af met een literatuuropgave en eindnoten
Over het ontslag van de Utrechtse hoogleraar Matthias Nethenus in 1661. Deze geruchtmakende kwestie bracht de gemoederen in stad en provincie hevig in beroering.
Een vergelijkende studie naar de verscheidenheid in opvattingen bij het godsdienstonderwijs van de hoogleraren Antonius Walaeus, Gisbertus Voetius, Franciscus Burman en Samuel Maresius