Wat heeft wiskunde met de praktijk te maken? Alles, vindt Jan de Lange, hoogleraar-directeur van het Freudenthal Instituut, het Utrechts expertisecentrum voor reken- en wiskundeonderwijs. ‘Wiskunde is een prachtig, levend vak. Je kunt het overal gebruiken en komt het op de meest onverwachte plekken en momenten tegen, van Albert Heyn tot de klapschaats.’
Wim Meeus werkte van 1975 tot en met 2012 aan de Faculteit Sociale Wetenschappen van de Universiteit Utrecht. Hij studeerde in 1975 af in de sociale psychologie in Nijmegen, promoveerde in 1984 cum laude in Utrecht en was vanaf 1991 hoogleraar Adolescentie te Utrecht. Vanaf 1991 leidde hij het onderzoeksprogramma Adolescent Development. Hij initieerde de research master Development and Socialization in Childhood and Adolescence in 2003. Hij was voorzitter van de landelijke onderzoeksschool ISED (Institute for the Study of Education and Human Development), ruim 10 jaar wetenschappelijk directeur van de Utrechtse locatie van ISED, vanaf 1990 tot heden onafgebroken lid van besturen van diverse stichtingen en programma’s van Maatschappij en Gedragswetenschappen (MAGW) van NWO, en van 2003-2009 lid van het gebiedsbestuur MAGW. In 2011 schreef hij het eerste plan voor het strategische thema Jeugd en Identiteit van de Universiteit Utrecht en vanaf 2012 is hij president van The European Association for Research on Adolescence (EARA). Zijn onderzoek richtte zich aanvankelijk op de theoretische grondslagen van groepsdynamica en kritische psychologie en nam een empirische wending met een serie van 19 sociaalpsychologische experimenten naar gehoorzaamheid aan autoriteit die hij samen met Quinten Raaijmakers uitvoerde in het begin van de jaren tachtig. Vanaf het midden van de jaren tachtig richtte hij zich op de adolescentie, was mede-hoofdonderzoeker van het eerste nationale survey Opvoeden in Nederland in 1993, en hoofdonderzoeker of mede-hoofdonderzoeker van vijf langlopende longitudinale studies naar de ontwikkeling van adolescenten. Het longitudinale onderzoek bestrijkt een breed gebied van de adolescente ontwikkeling en het afscheidscollege biedt een beknopt overzicht van longitudinale modellen en een deel van de inhoudelijk bevindingen. Daarnaast geeft het afscheidscollege een overzicht van de turbulente ontwikkeling van de Faculteit Sociale Wetenschappen UU 1975-2012. Meeus zet het longitudinale onderzoek aan de UU voort, ondermeer in het zwaartekrachtprogramma Individual Development, en is per 1 januari 2013 als hoogleraar Ontwikkelingspsychologie verbonden aan de Universiteit van Tilburg.
Interview met Paul Schnabel, directeur van het Sociaal en Cultureel Planbureau. Hij weet hoe de Nederlander zich voelt
De 81-jarige Nobelprijswinnaar Martin Veltman gelooft niet in zwarte gaten, donkere energie en de gekromde ruimte. En hij vindt dat fysici die in de buurt komen van een Nobelprijs, zich gedragen als hyena's
Het Nationaal Bureau voor Documentatie over Nederland, opgericht in 1918 door invloedrijke figuren uit het bedrijfsleven en het departement van Buitenlandse Zaken, verzamelde informatie in het buitenland over Nederland. De neutraliteit van Nederland tijdens de Eerste Wereldoorlog had met name bij de Entente mogendheden negatieve gevoelens opgewekt. Dit gold zeker voor België, waar zelfs aan annexatie van delen van Nederland gedacht werd. Het Bureau wenste door eigen informatie de positie van Nederland te verbeteren.Twee vertegenwoordigers berichtten regelmatig over de politieke verhoudingen in België. In die berichtgeving was er ook grote aandacht voor de positie van Vlaanderen en de plaats van de Nederlandse taal in België. Er leefden in radicale Vlaams- nationalistische kringen gedachten over een verandering van de unitaire staatsstructuur en zelfs aansluiting van Vlaanderen bij Nederland (Groot-Nederland). Pieter Geyl, formeel vertegenwoordiger van het Bureau in Londen, had contacten met de radicale groepen in Vlaanderen en wilde ook wel een politiek Groot-Nederland. Uit de berichtgeving van beide correspondenten blijkt de betrekkelijke zwakte van de radicale stromingen in Vlaanderen