Eigen levensbeschrijving, met een voorbericht en aanteekeningen van H. W. T. Tydeman

Op eene afbeelding van den vervolgden Mr. R. M. van Goens, 1807

Een viertal verzen, op den alom befaamden ex-regent R. M. van Goens, schelm voor ’t Vaderland, en beminnaar van het Oranje Huis : een vyftal verzen, op den berugten Petrus Hofstede, schelm voor ’t Vaderland, en beminnaar van het Oranje Huis

Het derde Iets voor Utrechts burgeren : bevattende het voorgevallene zedert het presenteren der twee requesten aan de magistraat der stad Utrecht, op den 11. augustus 1783 : de demissie van Mr. Ryklof Michaël van Goens : en de verdere deliberatien …..

Het tweede Iets voor Utrechts burgeren : bevattende het voorgevallene by, en na het presenteren der twee requesten, den 11. Augustus 1783, aan de magistraat derzelve stad ; tot het verwyderen van mr. Ryklof Michaël van Goens, en het niet meerder vragen van recommandatien, alsmede het voorgevallene, op de extraordinaire beschryving den 28. Augustus 1783

Treurgalm, van Utrechts volk op het voorgegeevene inkoomen van Z. D. H. den Heere Prince Erfstadhouder binnen de stad Utrecht, geparodieert op de verstrooide vreugde galm gezongen binnen de steeden Rotterdam en Leyden &c …. en vergeefs gestrooid binnen Utrecht op den ogtend van den 15. July 1783 op het Vreeborg door R. M. vanGoens

Verklaaring van het plaatje Ecce proditor! Dat is :Ziet den verrader!

Supplement de Le voici of vervolg der byzonderheeden, aangaande den politie-vertoog-schryver, Ryklof Michaël van Goens : zig voorgeevende, beshermde gunsteling, van zyn d. h. Willem den Vyfden zum suis : en over eenige zaaken van aanbelang ’s lands wélzijn en herstel betreffende

Le voici, of poutrait en byzonderheden, aangaande den politiek-vertoogschryver, Ryklof Michaël van Goens : zig voorgeevende, beschermde gunsteling, van zyn D. H. Willem den Vde, cum suis ; [door C. P.]

Waare oorsprong van het hoog aenzienelyke Israëlitische en in Utrecht zo zeer gehaet, als by Oranje en deszelvs geheime Raad neef Wolffenbuttel bemind wordende Pestersche stamhuis, benevens twee dichtstukjes voor Nicolaas Pesters en R. M. v. Goens, om te voegen agter de Biographia Ultrajectina