In november 1940 werd mr. L.E. Visser, president van het hoogste Nederlandse rechtscollege, de Hoge Raad der Nederlanden, van zijn ambt ontheven om de enkele reden dat hij joods was. Pas in juli 1941 werd in de vacature voorzien door de benoeming van een bedrijfsjurist uit Deventer, prof. mr. J. van Loon. Deze benoeming baarde opzien. Van Loon had geen enkele rechterlijke ervaring. Hij dankte zijn hoge positie aan de goede contacten die hij al voor de oorlog met vooraanstaande Duitse juristen had. In Een ambitueuze jurist in gevaarlijk vaarwater wordt beschreven hoe het Van Loon in het hoogste rechtscollege is vergaan. De auteur kon zich daarvoor mede baseren op tot dusver onbekende gegevens uit het persoonlijk archief van Van Loon. Deze gegevens werpen ook licht op het functioneren van de Hoge Raad in zijn geheel gedurende dit belangrijke tijdvak van de vaderlandse geschiedenis. Na de oorlog werd Van Loon ter verantwoording geroepen voor de aanvaarding van het ambt van president van de Hoge Raad. De auteur plaatst vraagtekens bij de wijze waarop dit geschiedde. Dit tegen de achtergrond van het besluit van de regering om de positie van de Hoge Raad, ondanks ernstige kritiek op zijn functioneren tijdens de oorlog, niet fundamenteel ter discussie te stellen
Resultaten 1 / 1 van 1
publication
Titel
Een ambitieuze jurist in gevaarlijk vaarwater : Johannes van Loon, president van de Hoge Raad in oorlogstijd
Auteur
Abstract
Trefwoorden
Jaar
2008
Annotatie
Bibliografie: p. 169-175
Impressum
Den Haag: Sdu, 2008
Pagina/deel
179 p., [19] p. pl.
Illustraties
ill.
Literatuuropgave
Ja
Register
Ja